Ger Groot

De geheime dagboeken van Ludwig Wittgenstein

Deskundigen vermoedden al geruime tijd dat de (Britse) beheerders van Wittgensteins literair-filosofische erfenis uit diens (vanaf 1960 gepubliceerde) dagboeken een aantal zogenaamd oninteressante passages weggelaten hadden, die niet strookten met het beeld van de logsiche positivist dat zij in stand wensten te houden. De onlangs voor de eerste keer onverkort uitgegeven ‘Gmünddener Tagebücher’ hebben dit vermoeden bevestigd en mede aangetoond dat de religieuze en mystieke inslag van de ‘latere’ Wittgenstein al volop werkzaam was in het denken van de auteur van de Tractatus logico-philosophicus, het neopositivistisch handvest van 1922.

verschenen: April 1986, blz. 594

jaargang: 53/07