In de prachtige, min of meer biografische, film Shadowlands (1993) ontmoet de hoofdpersoon, de Iers-Britse schrijver en letterkundige C.S. Lewis, in de trein één van zijn studenten, die hij enkele dagen eerder had betrapt op het stelen van een boek in Blackwell’s, de grootste boekhandel van Oxford. Tussen beiden ontspint zich een dialoog over boeken en lezen, waarin de student opmerkt dat zijn vader, een dorpsonderwijzer, hem had uitgelegd waarom mensen boeken lezen: ‘We read to know we’re not alone’ (We lezen om te weten dat we niet alleen zijn). De scene schoot me te binnen toen ik de ‘Epilogue’ las van On Consolation, het vorig jaar verschenen boek van de Canadese filosoof, schrijver en voormalig politicus Michael Ignatieff (01947).

On Consolation is voortgevloeid uit een verzoek van het Festival Oude Muziek in Utrecht en van het Nederlands Kamerkoor. Op 1 en 2 september 2017 zongen dit koor en drie andere daartoe uitgenodigde koren – The Choir of Trinity Wall Street, Det Norkse Solistkor en The Tallis Scholars – alle 150 psalmen, elke psalm in een toonzetting van een andere componist. Achtergrond van dit project was enerzijds het besef dat de psalmen de meest getoonzette teksten zijn in de traditie van de Westerse klassieke muziek, terwijl zij anderzijds bovendien nog altijd actueel zijn. Ignatieff werd gevraagd, tussen de concerten te reflecteren op de betekenis van de psalmteksten in de wereld van vandaag. Voor en na zijn voordracht luisterde hij in de zaal naar de muziek, en werd als niet-gelovige – tot zijn eigen verwondering – diep geraakt door tekst en muziek, en door de troost die ervan uitging. Deze ervaring was het startpunt voor een onderzoek naar troost – wat is troost, hoe kunnen we in diep verdriet worden getroost, hoe kan het dat we troost vinden in soms eeuwenoude teksten en muziek?

Ignatieff analyseert in zijn boek in zeventien hoofdstukken voorbeelden van uiteenlopende teksten waarin mensen troost hebben gevonden, van het boek Job en de psalmen tot en met teksten van Cicely Saunders, degene die in de Westerse wereld het initiatief nam tot het oprichten van hospices. De auteur biedt vaak mooie inzichten in de besproken teksten, of het nu gaat om de Overpeinzingen van de Romeinse keizer Marcus Aurelius of om de Kindertotenlieder getoonzet door Gustav Mahler. In de loop van de tijd vonden mensen troost in deze teksten, hoe verschillend ze ook zijn; en hoe verschillend de lezers of luisteraars die er troost in zochten ook waren en zijn.

In de ‘Epilogue’ maakt de auteur de balans op. Hoe verschillend rouwprocessen ook mogen verlopen, uit alle besproken voorbeelden leerde Ignatieff een belangrijke les: ‘ik begreep dat we nooit alleen staan tegenover pijn en verlies. Er is altijd iemand die het al heeft meegemaakt, die de ervaring kan delen. Dat, hoop ik, zal net zo troostend zijn voor u als het voor mij is geweest’. (blz. 259) Juist deze conclusie riep de herinnering op aan de boven beschreven scene uit Shadowlands, aan de uitspraak van de dorpsonderwijzer. Verder reikt de conclusie van Ignatieff overigens niet: hij houdt zich weloverwogen verre van algemene uitspraken over het verwerken van verdriet en rouw, juist omdat dit voor ieder individu zo anders is. Zijn boek kreeg bijzondere aandacht omdat het verscheen tijdens de coronapandemie – maar staat, ook al vanwege de aanleiding tot het schrijven ervan, geheel los van die toevallige context van verschijnen. On Consolation is eerst en vooral een wijs boek, van een auteur die zijn ervaringen als lezer overtuigend en soms indringend in verband brengt met ervaringen in zijn persoonlijke leven, waarbij zijn lezers op hun beurt baat mogen hebben.

 

Herman Simissen

 

Michael Ignatieff, On Consolation. Finding Solace in Dark Times, Picador, Londen, 2021, 284 blz., ISBN 9781529053777, € 22,99. Inmiddels is een Nederlandse vertaling verschenen: Michael Ignatieff, Troost. Als licht in donkere tijden, Uitgeverij Cossee, Amsterdam, 2022, 336 blz., ISBN 9789059369887, € 27,50.