Dit weekend was de wereldwijd gerespecteerde denker Karen Armstrong in Brussel, waar zij werd geïnterviewd door David Van Reybrouck. In mei 2011 publiceerde Streven een korte boekbespreking over haar werk Compassie, een bespreking die wij voor de gelegenheid graag nog eens hier publiceren:  

 

Gert Van Langendonck *

Karen Armstrong is langzaam uitgegroeid tot een autoriteit op gebied van de inter-levensbeschouwelijke dialoog in Engeland en ook daarbuiten. Met haar opeenvolgende boeken en haar positionering in het maatschappelijk debat wordt ze meer en meer beschouwd als referentiepunt op dit gebied.

In 2008 ontving Armstrong de TED-prize die jaarlijks wordt uitgereikt door een internationaal forum voor technologie, entertainment en design. Laureaten van deze prijs krijgen een belangrijke geldsom en kunnen een wens doen waar ze de wereld mee willen veranderen. Voor Armstrong was dit de aanleiding om een project op te starten waarmee ze de gemeenschappelijke wezenlijke kern van de drie grote monotheïstische tradities, het begrip compassie, terug centraal wilde stellen. De bekendste uitingen van compassie bij joden, christenen en moslims bestaan voor haar in een positieve of negatieve formulering van de gulden regel: alle anderen te behandelen zoals wij zélf behandeld willen worden. In een eerste beweging vroeg Karen Armstrong aan vooraanstaande denkers uit diverse grote religies om een gezamenlijk Handvest voor Compassie op te stellen dat een tegengewicht kan bieden aan extremisme, intolerantie en haat. Deze tekst is inmiddels vertaald en verspreid over heel de wereld. De volledige achtergrond en het eindresultaat van dit gebeuren zijn overigens te bekijken op de website van TED (www.tedprize.org/2008-winners).

In dit boek, dat een belangrijk tweede luik vormt in deze beweging, verkent Karen Armstrong de weg van de compassie verder. Veeleer dan een toegankelijk wetenschappelijk werk, zoals heel wat van haar vorige publicaties, vormt Compassie een pleidooi voor het in de praktijk brengen van de gulden regel in de vorm van een verzameling van oefeningen en praktische aanbevelingen in twaalf opeenvolgende stappen. De oorspronkelijke titel van het boek luidt dan ook Twelve Steps to a Compassionate Life en in grote lijnen vormden deze twaalf stappen een beweging van inkeer en zelfonderzoek naar kennis van en aandacht voor de wereld, de medemens en zelfs degene die wij als onze vijand beschouwen.

Op het einde van iedere stap richt Armstrong zich rechtstreeks tot de lezer. Ze stelt directe vragen en geeft advies en concrete opdrachten om compassie geleidelijk tot een vanzelfsprekend deel van het eigen leven te laten uitgroeien.

Met deze twaalf stappen naar een leven vol compassie sluit Karen Armstrong aan bij veel oudere tradities van geestelijke begeleiding en bij recente werken over mindfulness. Ze heeft na een lange zwerftocht, die ook uitgebreid in haar eerdere boeken aan bod is gekomen, een hefboom gevonden waarmee ze de wereld ten goede wil veranderen en zet met dit boek ook een concrete stap om mensen mee op deze weg te nemen. Een vrijblijvende lezing uit oprechte interesse in het werk van de auteur is zeker mogelijk maar tegelijk bevat dit boek ook een dwingende oproep om compassie in de praktijk te brengen. En zo is dit boek meteen ook het beste voorbeeld van hoe de twaalf stappen bij Armstrong zelf tot leven zijn gekomen.

 

Karen Armstrong, Compassie, Uitgeverij De Bezige Bij, Amsterdam, 2011, 239 blz., 19,90 euro, ISBN 978-90-234-5973-36.