John Alonzo Dick*

 

De week begint in Rome de Synode over synodaliteit. Dit is een belangrijke en heel betekenisvolle gebeurtenis in de hedendaagse rooms-katholieke kerk. Ik hoop dat zij een succes wordt, hetgeen betekent dat zij leidt tot een echte verandering in de structuur en pastorale praktijk van het rooms-katholicisme.

Zeker, zoals de journalist Robert Mickens vorige week opmerkte in La Croix International: ‘Zowel aanhangers als tegenstanders van de Synode voeren campagne en lobbyen hard om druk uit te oefenen op deelnemers aan de vergadering en op kerkelijke functionarissen, om hun respectievelijke overtuigingen te aanvaarden. Een aantal hervormingsgezinde katholieke groeperingen is zelfs naar Rome gekomen om aan te dringen op veranderingen zoals het wijden van vrouwen voor diaconaat en priesterschap, de kerkelijke zegening voor paren met hetzelfde geslacht, een grotere deelname van leken in het bestuur van de kerk, en een grootschalige hervorming van de wijze waarop kandidaten voor het priesterschap worden uitgekozen en opgeleid, zo goed als hoe bisschoppen worden gekozen… De lijst gaat verder’.[1]

Ik ben geen pessimist, maar een voorzichtig optimistische realist. Ik herinner mij mijn grote opwinding over de Synode van Bisschoppen uit het Pan-Amazonegebied, in Rome gehouden in oktober 2019.

De agenda van de Amazone Synode, die de gevoelens en verlangens van veel vertegenwoordigers van de bevolking van de Amazoneregio uitdrukte, vroeg om gehuwde gewijde priesters, en heroverweging van de rol van vrouwen in de kerk, en een aantal liturgische en pastorale veranderingen als afspiegeling van de plaatselijke cultuur van de inheemse bevolking, veeleer dan de traditionele rooms-katholieke West-Europese cultuur. Uiteindelijk was het vooral veel mooie praat. Het is vaak gemakkelijker over veranderingen te praten dan veranderingen door te voeren.

Als de Synode van oktober 2023 over synodaliteit het spoor van de Amazone Synode volgt, met weinig pastorale tenuitvoerlegging, vermoed ik dat zij zal leiden tot breed verspreide ontevredenheid onder katholieken. En meer mensen zullen de katholieke kerk verlaten. Ik hoop echt dat de huidige Synode een succes wordt. We hebben verandering en energieke pastorale hervorming nodig in de katholieke kerk.

Zoals Robert Mickens opmerkte, zijn voor- en tegenstanders van de Synode naar Rome gestroomd. Twee belangrijke voormalige ‘leiders’ in het Vaticaan die nu uiterst kritisch staan tegenover de Synode zijn de Duitse kardinaal Gerhard Ludwig Müller en de Amerikaanse kardinaal Raymond Burke. Müller werd door paus Benedictus XVI in 2012 benoemd tot hoofd van de Congregatie voor de Geloofsleer en bekleedde die functie tot 2017, toen hij ervan werd ontheven door paus Franciscus. Tijdens een interview met de conservatieve katholieke Amerikaanse radio- en televisiezender EWTN in oktober vorig jaar, waarschuwde hij dat het huidige synodale proces zou kunnen leiden tot ‘een vijandige overname van de katholieke kerk’. Hij noemde de voorgestelde invoering van elementen uit de inheemse cultuur in de liturgie tijdens de Amazone Synode in 2019 ‘een verheidensen van de katholieke liturgie’.

Volgens kardinaal Burke gaat de beginnende Synode over de hele wereld ‘duidelijke en ernstige schade’ toebrengen aan de katholieke kerk, zoals hij schreef in het voorwoord van een boek dat in augustus werd gepubliceerd, The Synodal Process Is a Pandora’s Box: 100 Questions & Answers, van José Antonio Ureta en Julio Loredo de Izcu. Burke geldt als de stem van het katholieke traditionalisme en is een belangrijke voorstander van de Tridentijnse Mis: de traditionele Latijnse Mis, die teruggaat tot 1570, en die wordt gecelebreerd met de rug van de priester naar de gelovigen. Kardinaal Burke is het voormalige hoofd van Hoogste Rechtbank van de Apostolische Signatuur, het hoogste juridische gezag in de katholieke kerk.

In de Verenigde Staten is Mgr. Joseph Strickland, bisschop van het bisdom Tyler, Texas, een belangrijke criticus van de Synode. Zoals de New York Times op 2 oktober berichtte, heeft Mgr. Strickland paus Franciscus ervan beschuldigd het katholieke geloof te ondermijnen. Strickland suggereerde dat ook andere functionarissen in het Vaticaan zo ver zijn afgeweken van de kerkleer dat zij niet langer katholiek zijn, en hij waarschuwde dat de wereldwijde Synode die deze week in het Vaticaan begon ‘fundamentele waarheden’ van de katholieke leer zou kunnen bedreigen. Mgr. Strickland is erg geliefd onder conservatieve Amerikaanse katholieken. Hij heeft een wekelijks radioprogramma, en meer dan 145 000 volgers op X (voorheen Twitter).

Hoe dit alles ook zij, een goede vriend vroeg me wat naar mijn idee een geslaagde doorvoering van veranderingen na de Synode zou inhouden.

Ik zou graag een kerk zien die niet een sterk leerstellige, autoritaire instelling is, maar een waarlijk ondersteunende gemeenschap van vrienden: mensen die waarlijk proberen te leven in de geest van Christus. Het aangeboren gevaar in alle instellingen is dat zij, als zij daarin niet worden gehinderd, stoppen op dienstbaarheid gerichte structuren te zijn en halsstarrige, zelfzuchtige instellingen worden die onvoorwaardelijke trouw eisen. Dit leidt tot een soort verafgoding van het instituut.

Ik zou graag een kerk zien die de waardigheid en gelijkheid van alle mensen bevestigt – ongeacht ras, godsdienst, gender, of seksuele gerichtheid. Ik wil niet slechts veel officiële institutionele retoriek lezen. Ik zou graag veranderd gedrag van het instituut kerk zien. Praten is gemakkelijk. We hebben mannelijke en vrouwelijke gewijde priesters nodig. LGBTI+ mensen moeten worden aanvaard en verwelkomd in de kerkelijke zending en werkzaamheden. Al te lang hebben kerkelijke leiders mensen betutteld of beledigd, of eenvoudig verwijderd, als zij niet in hun straatje pasten. En het gebeurt nog steeds.

Ik zou graag een eerlijke en bescheiden kerk zien die beseft dat zij niet alle waarheid bezit en dat zij moet samenwerken met een verscheidenheid aan mensen op zoek naar de waarheid. Ook moet zij erkennen dat al haar leerstellingen gebonden zijn aan tijd en cultuur. Officiële leerstellingen zijn voorlopig en veranderlijk. Sommige leerstellingen zijn wellicht betekenisvol geweest in het verleden, maar werken nu niet meer. Andere zijn veeleer voortgekomen uit godsdienstige fantasieën. Bijvoorbeeld, zoals ik een tijd terug schreef, dat Petrus de eerste paus was. Dat hij de eerste paus was, is zuiver fantasie uit de vijfde eeuw. Hij was nooit bisschop van Rome.

Ik zou graag een kerk zien die vragen stelt, en de vragensteller verwelkomt. Vragen stellen leidt tot grotere zelfkennis en tot een meer realistisch begrip van het leven. Alle grote vooruitgang in menselijke kennis kwam van mensen die vragen durfden te stellen. Isaac Newton vroeg: ‘Waarom valt een appel van de boom?’ en ‘Waarom valt de maan niet op de aarde?’. Charles Darwin vroeg: ‘Waarom kennen de Galapagos Eilanden zoveel soorten die elders niet voorkomen?’. Albert Einstein vroeg: ‘Hoe zou het heelal eruit zien als ik erdoor reisde op een lichtstraal?’ En, natuurlijk, Jezus van Nazareth vraagt in de synoptische Evangeliën: ‘Wie zeggen de mensen dat ik ben?’. En in Johannes 7: 19 vraagt Jezus: ‘Heeft Mozes u niet de wet gegeven? En niemand van u doet de wet. Wat zoekt gij Mij te doden?’.

Ik zou graag een kerk zien waarin de hogere gewijde leiders zich kleden en gedragen als gewone hedendaagse leiders, niet als prinselijke museumstukken uit de Renaissance. Ik denk vaak aan de opmerking van Jezus: ‘Hoed u voor de Schriftgeleerden, die graag willen wandelen in lange gewaden’. Ik zou graag een kerk zien waarin de leiders voor een vastgestelde termijn, bijvoorbeeld vijf of tien jaar, worden gekozen door de gemeenschap. Dit geldt ook voor de bisschop van Rome.

Ten slotte zou ik graag een kerk zien die persoonlijke en gemeenschappelijke spiritualiteit bevordert en aanmoedigt, en hun groei in stadia van ontwikkeling van het geloof bevordert.

We leven nu. God leeft en is nu dicht bij ons. Niet als overheersend gezag, maar als liefhebbende kameraad. Maar voor veel mensen van vandaag werken de oude antropomorfismen eenvoudig niet langer. God is even goed Moeder als Vader, maar veel meer dan dat. Waarom gaan christelijke godsdienstige leiders niet samen zitten, bidden en mediteren met de leiders van niet-christelijke godsdiensten? Jezus was geen christen, en God is veel meer dan een christen. Een heel goede vriend van me, een priester, schreef me vorige week: ‘Jezus begon geen instituut en onderwees geen wetten, hij vormde een kleine gemeenschap en onderwees de Blijde Boodschap’.

We zijn onderweg. We zijn nog niet aangekomen. De Geest gaat met ons. En een gezonde christelijke gemeenschap is onze GPS.

 

(vertaling: Herman Simissen)

 

Reageren? Mail naar john.dick@kuleuven.be

 

John Alonzo Dick (*1943) bekleedde als derde the Chair for the Study of Religion and Values in American Society aan de KU Leuven. Hij is voormalig academisch decaan van het American College van de KU Leuven en hoogleraar. Hij publiceerde onder meer samen met K. Schelkens en J. Mettepenningen A Aggiornamento? Catholicism from Gregory XVI to Benedict XVI (Brill, Leiden en Boston, 2013). Recent verscheen zijn boek Jean Jadot: Paul’s Man in Washington (Another Voice Publications 2021), een biografie van de Belgische bisschop Jean Jadot die van 1973 tot 1980 Apostolisch Afgevaardigde in de Verenigde Staten was.

 

 

[1] https://international.la-croix.com/news/letter-from-rome/synodality-and-the-churchs-antiquated-governing-structure/18427 .