‘Dekkerswald’ was lange jaren een begrip in de longzorg in Nederland, en zelfs buiten de landsgrenzen. Op het gelijknamige, bosrijke terrein tussen Nijmegen en Groesbeek werd in 1913 een sanatorium geopend, dat decennialang een belangrijke plaats innam in de tuberculosebestrijding in Nederland – en door de ontwikkelde expertise ook in het buitenland bekendheid genoot. Medio 2022 kwam, door de verhuizing van de longzorg naar de campus van de Radboud Universiteit in Nijmegen, een einde aan de zorg voor longpatiënten in Dekkerswald. Om deze gebeurtenis te markeren publiceerden historici Toon Bosch en Leo van Bergen en cultureel antropologe Marie-Antoinette Willemsen een geschiedenis van de zorg op deze locatie. Hun boek bestaat uit drie delen; ieder van de auteurs verzorgde een deel. In het eerste deel bespreekt Toon Bosch de ontwikkelingen tot en met de Tweede Wereldoorlog, in het tweede Leo van Bergen de naoorlogse tijd. In het derde deel schetst Marie-Antoinette Willemsen de inzet van de Liefdezusters van de Heilige Carolus Borromeus (gewoonlijk de Zusters Onder de Bogen genoemd), die decennialang de verpleging op Dekkerswald verzorgden.

In het eerste deel gaat Toon Bosch eerst en vooral in op de totstandkoming van Dekkerswald. De oprichting van de kliniek was een antwoord op de dreiging die tuberculose rond de eeuwwisseling van de negentiende naar de twintigste eeuw vormde: ‘de witte dood’ was in deze tijd de volksziekte bij uitstek. Meende men aanvankelijk dat behandeling van deze ziekte alleen mogelijk was door een langdurig verblijf in het hooggebergte – in Duitsland, Zwitserland, Oostenrijk –, later drong het inzicht door dat ook ‘kuren’ in lager gelegen gebieden, in bos- of zeelucht, genezing kon bevorderen. Daardoor werd behandeling overigens ook voor bredere groepen in de samenleving betaalbaar. Vormde het besef dat de behandeling van tuberculose niet noodzakelijk in het hooggebergte hoefde plaats te vinden vanuit geneeskundig oogpunt de achtergrond van de oprichting van Dekkerswald, ook een tweede aspect van de historische context was in dezen van groot belang: de tendens, in deze tijd, onder de verschillende levensbeschouwelijke groeperingen in Nederland hun eigen voorzieningen op te zetten. Dekkerswald paste nadrukkelijk in deze lijn: het sanatorium werd opgezet als katholieke instelling, voor katholieke patiënten, met een rector die een stevige invloed had – of ten minste wilde hebben, en religieuzen die de verpleging op zich namen.

In het tweede deel van het boek vormt de verhouding tussen Dekkerswald en de Nijmeegse universiteit een centraal thema. Nadat de universiteit – opgericht in 1923 – in de jaren vijftig werd uitgebreid met een medische faculteit, ontstonden al snel de eerste contacten tussen beide instellingen. In de loop der jaren werden deze alleen maar intensiever, in een proces dat overigens, zoals Leo van Bergen laat zien, bepaald niet rechtlijnig verliep. Maar uiteindelijk mondde het uit in het volledig overplaatsen van de longzorg van Dekkerswald naar de campus van de universiteit.

Marie-Antoinette Willemsen laat in het derde deel van het boek zien, welke uitzonderlijke inspanningen de Zusters Onder de Bogen zich hebben getroost in de verpleging in Dekkerswald. Zeker in de eerste decennia van het bestaan van het sanatorium was het regime waaronder de zusters leefden ronduit spartaans: buitengewoon lange dagen, een heel sober leven, en ook nog een grote kans in de omgang met de verpleegde patiënten zelf met de ziekte besmet te raken. Was de verpleging aanvankelijk amateuristisch, juist door toedoen van de zusters zelf vond een professionalisering plaats die borg stond voor verpleging op hoog niveau. Met de ontkerkelijking en secularisatie van het laatste kwart van de twintigste eeuw liep het aantal religieuzen terug, ook bij de Zusters Onder de Bogen. Voor Dekkerswald betekende dit, dat de zusters geleidelijk uit de verpleging verdwenen.

Dekkerswald 1913-2022 bevat een grote hoeveelheid illustraties, zowel in zwart-wit als in kleur. Ook hierdoor is dit een leerrijke uitgave – door de brede cultuurhistorische insteek van de auteurs met veel meer diepgang dan doorgaans in dit soort ‘gelegenheidspublicaties’ kan worden gevonden.

 

Herman Simissen

 

 

Toon Bosch, Leo van Bergen en Marie-Antoinette Willemsen, Dekkerswald 1913-2022. Longzorg in een golvend landschap, Boom, Amsterdam 2022, geïll., 200 blz., ISBN 9789024449583, € 29,95