Boekbespreking 

Herman Simissen *

In 2013 publiceerde de Nederlandse journalist Marcel Rözer (*1959), tot dan vooral bekend als sportverslaggever, het boek Zo vader. Onderwerp hiervan is zijn zoektocht naar het verleden van zijn vader – om precies te zijn: naar diens oorlogsverleden, waarover hij pas na het overlijden van zijn vader hoorde. Niet verwonderlijk: dit oorlogsverleden was van dien aard dat er na 1945 bij voorkeur over werd gezwegen – zijn vader, zelf de zoon van een fanatieke NSB’er, had als negentienjarige dienst genomen bij de SS, en gevochten aan het Oostfront. De auteur probeert deze keuze geenszins te vergoelijken, maar wel haar te begrijpen. Dit maakt Zo vader tot een mooi, bij vlagen aangrijpend en vooral ontwapenend eerlijk boek.

Dat Rözer deze thematiek nog niet heeft losgelaten, moge blijken uit de roman Het blauwe wonder, die hij onlangs publiceerde. Ook hierin staat een man centraal die, ondanks de nodige aarzelingen, meer wil weten over het oorlogsverleden van zijn vader die aan het Oostfront was. Maar deze hoofdpersoon, Johan, een voormalig docent geschiedenis op een middelbare school die na een burn-out inmiddels werkzaam is als veerman, worstelt evenzeer met zijn eigen verleden. Veerman is een beroep met nogal wat symbolische lading – Rözer verwijst kort naar Charon, de veerman in de Griekse mythologie die overledenen over de Styx naar gene zijde bracht. Maar de auteur geeft op eigen wijze invulling aan de symboliek van de veerman: iemand die voortdurend vertrekt en toch op zijn plaats blijft, die niet weg raakt van waar hij vertrekt. Johan komt niet weg van een ervaring, al weer decennia geleden, die zijn leven bepaalde: een korte maar intense relatie met Rosa, een meisje dat hij in Dresden heeft ontmoet, vlak na de val van de Muur, in de jaren dat de grens naar het Westen open was en de DDR geleidelijk afstierf. Rosa is de liefde van zijn leven – en toch kiezen zij niet voor elkaar, al te zeer verankerd als zij zijn in hun eigen omgeving. Maar zij blijft altijd in zijn gedachten – de oever waarnaar de veerman steeds terugkeert… Deze liefdesgeschiedenis verweeft Rözer voortdurend met het verleden van Dresden, de stad die tegenwoordig vooral voortleeft in de publieke herinnering vanwege het allesvernietigende bombardement in februari 1945; alsook met het verleden van de vader van Johan die, zo blijkt uiteindelijk, ten tijde van het bombardement in Dresden was. Wanneer Johan teruggaat naar Dresden om Rosa weer te ontmoeten, komen alle draden in de roman weer bij elkaar. Er volgt geen happy end, wel een soort bevrijding.

Zo is Het blauwe wonder een vlot geschreven vertelling over de verhouding van een individu tot zijn verleden, en tot dat van eerdere generaties. Opvallend is het gemak waarmee Rözer tal van bijfiguren presenteert die allemaal hun eigen verhaal hebben – dit geeft extra kleur en leven aan het boek, en maakt het tot een overtuigende debuutroman.

Marcel Rözer, Het blauwe wonder, Uitgeverij Brandt, Amsterdam 2020, paperback, 254 blz., ISBN 9-789493-095205, € 20,-