DRIFT, november 2019

Frank Saenen *

Flink![1]

In tijden waarin we langs alle kanten met het beeld van een min of meer sombere nabije toekomst worden geconfronteerd, doet het deugd om zo nu en dan een lichtpunt te treffen, zoals die keer waarin we de mens tegenkwamen die zijn medemens een flinke schouderklop wilde geven. Om weer verder te kunnen, op weg naar beter.

Het was op een doodgewone afdeling in een doodgewoon ziekenhuis. Op weg naar de kamer waar ik iemand ging bezoeken viel mijn oog plots op een bord dat aan de muur van de ziekenhuisgang hing. Omdat het bord zomaar voor iedereen zichtbaar was besloot ik te lezen wat er op stond. ‘Topscore op handhygiëne – targets van vorige keer zijn behaald – de dienst is op de goeie weg’.

Wat was dit? Ik stond perplex. Blijkbaar had de afdeling waar ik me bevond een doorlichting gehad, een visitatie, en de doorlichters lichtten ter attentie van de lezer – de passerende patiënt of bezoeker – ook toe dat het ‘voor de medewerkers nog even wennen [was] aan deze nieuwe manier van werken en rapporteren’. Rapporteren? Zomaar, voor iedereen die dit wilde lezen? Ik besloot mijn ziekenbezoek nog even uit te stellen en kuierde wat verder langs andere afdelingen. ‘Blijven werken aan de wijze van pijnbevraging!’ (uitroepteken inbegrepen!). ‘Extra aandacht voor patiëntenbandjes’. ‘Jullie zijn goed bezig!!’ (twee uitroeptekens!!). Toen kwam ik in de buurt van onheil : ‘Spijtige terugval voor patiëntenidentificatie – blijven volhouden!’.

Net aangekomen in de ziekenkamer, kwam er ook een verpleegkundige binnen. Ik vroeg wat hij zoal vond van de openbaarheid van het rapport van hem en zijn collega’s. Even bleef het stil. Zou de manier waarop het infuus op dat moment werd toegediend misschien ook geregistreerd en gerapporteerd kunnen worden? Dacht de verpleger dat ik misschien een doorlichter zou kunnen zijn? Moest hij op zijn hoede zijn? Werd hij live gemonitord? Die van twee verdiepingen hoger hadden inmiddels misschien al wel een topscore behaald in het toedienen van infusen… Aarzelend kreeg ik toch een antwoord. Vermoedelijk was het de bedoeling dat er door deze openbare ‘kwaliteitsborden’ een ‘gezonde concurrentie’ zou ontstaan tussen de verschillende afdelingen. En zou het personeel zo flink en actief meewerken aan een verbetering van de kwaliteit van het geleverde verpleegkundige werk. Ik stelde me voor welke patiënt er voor zijn plezier op een afdeling zou willen liggen met een spijtige terugval voor patiëntenidentificatie.

Wat zijn ze nu, deze verpleegkundigen, ‘professionals’ of kleuters? Zijn ze professioneel omdat ze zelf kunnen inschatten op welke manier ze hun tijd het best kunnen verdelen tussen de noodzakelijke verpleegkundige handelingen en een gezonde aandacht voor de individuele patiënt, of zijn ze dat omdat ze een hogere score hebben gehaald dan die van twee afdelingen hoger?

Schaamteloos werd het al dan niet behalen van de beoogde ‘targets’ aan de muur gehangen. Ietwat schandpaalachtig, of flink-zo-achtig. En dat bij volwassen mensen die door het zelfstandig beheersen van hun vak voldoening kunnen putten uit hun werk.

Maar, kijk nu… er is daar een collega-verpleger een paar maanden onverwacht out… hoe is dat nu toch mogelijk, met een job binnen zo’n flink team?

 

[1] Flink ~ Middelnederlands vlinken [schitteren, zich snel bewegen, draven]