Gie van den Berghe* 

 

In Onbeschikbaarheid stelt Hartmut Rosa (°1965), een Duits socioloog, dat de moderne samenleving gericht is op, en werd en wordt ontworpen om de wereld beheersbaar, controleerbaar, toegankelijk en beschikbaar te maken. Die wereld mist evenwel kleur en mysterie, wekt geen verlangen meer, motiveert niet.

Maatschappijkritiek

Laatmoderne mensen lijken bezeten door bezit. Wat ze niet kunnen hebben, willen ze met eigen ogen zien, zich toe-eigenen door foto en film, minimaliseren als souvenir. Goedkope vluchten en dure cruises leggen de wereld schijnbaar aan onze voeten, terwijl we hem ook op die wijze vernietigen. Digitaal past hij in onze handpalm. Alles en iedereen lijkt nooit verder weg dan een ‘klik’. Vrienden worden bij honderden aan elkaar geregen, zonder andere dan digitale band. We consumeren elkaar.

Nu foto’s niet meer hoeven te worden ontwikkeld, wordt zo goed als alles, van insect tot regenboog, ‘vast’ gelegd. In plaats van de eigen verbeeldingskracht te gebruiken. Mensen fotograferen om iets of iemand ‘beschikbaar te hebben zodat we er ons op elk moment weer mee kunnen inlaten’. Zijn wordt hebben, toe-eigening. De ene sensatie verdrijft de andere emotie.

Wie durft in dergelijke ogenschijnlijk luxueuze omstandigheden nog eenzaam of ongelukkig te zijn? Overigens is daar tijd noch ruimte voor, to-dolijstjes moeten worden afgewerkt. Het ‘gewone beroeps- en gezinsleven’ wordt volgens Rosa ‘geleefd in de modus van de dagelijkse wanhoop. Geen wonder dat mensen figuurlijk en letterlijk op de vlucht slaan. Tot vakantie (=vrij van) gedreven, staan ze op heen- en terugreis in ellenlange wachtrijen.

Wij laatmodernen, schrijft Rosa, lopen in een reusachtige tredmolen van almaar meer mogelijkheden en beschikbaarheden. Onverzadigbaar gebruiken en verbruiken we alles wat beschikbaar wordt gesteld. De maatschappij en wij zitten ‘gevangen in een vliegende stilstand’. Almaar meer, een doorgedraaide bezigheidstherapie. Epicurus besefte het al driehonderd jaar voor onze tijdrekening: ‘Niets is genoeg voor wie wat genoeg is weinig vindt’.

Volgens Rosa heeft dit alles te maken met de basisstructuur van de moderniteit. De moderne samenleving wordt in stand gehouden, kan slechts worden behouden door voortdurende economische groei, technische versnelling en culturele vernieuwing. Dus wordt steeds meer bereikbaar en beschikbaar en door onderdompeling in het reclamebad aan vrouw en man gebracht. Een ijdele vorm van zingeving. Overdaad baat niet. Rosa meent dat dit minder te maken heeft met ‘het verlangen naar hoger, sneller en verder’, dan wel met de angst het met minder te moeten stellen.

Paradoxaal genoeg maakt de ogenschijnlijke toenemende beschikbaarheid van dingen en mensen onze leefwereld ‘onbeschikbaarder, ondoorgrondelijker en onzekerder’. Denk bijvoorbeeld aan tv, laptop of smartphone die zich ineens onverwacht ‘gedragen’, het laten afweten, ons zomaar uitschakelen. Gemak wordt schrijnend ongemak. Charlie Chaplin maakte er zich in Modern times (1936) al aan de lopende band vrolijk over.

Langzaam maar zeker ontaardt de droom het nog niet beheerste onder controle te brengen (mensen op Mars, mensen zonder vervaldatum) in een nachtmerrie: radicale onbeschikbaarheid. Pijnlijk duidelijk gemaakt door het kernenergieproject: hoe beschikbaar ook, de kern kan niet definitief worden beheerst, een vooruitgang die ons bloot stelt aan radioactieve straling.


Reactor 4, enkele maanden na de ramp in Tschernobyl
IAEA Imagebank – 02790015, CC BY-SA 2.0, https://commons.wikimedia.org/w/index.php?curid=63251598

Alternatief?

De remedie van Rosa heet resonantie, een begrip waarover hij eerder een lijvig boek schreef, zeg maar het tegendeel van vervreemding en onttovering. Resonantie is in weerklank leven met mensen en dingen door wederzijdse communicatie en overdracht (van gedachten, gevoelens, kennis…). Geraakt worden door elkaar, wederzijds beantwoording, verbonden zijn. Niet toe-eigenen maar bewogen worden. ‘Emotie’ is trouwens afgeleid van emovere: in beweging zetten. Door open te staan, toegankelijk te zijn, beïnvloed en verander je elkaar. Niet langer verlangen naar hebbedingen en prullaria, maar naar wat en wie die je nooit (volledig) kunt bezitten.

Voor resonantie bestaat geen stappenplan of methode. Ze kan niet beschikbaar gemaakt worden. Deze ultieme onbeschikbaarheid noemt Rosa de grote frustratie van de laatmoderniteit. Vandaar de steeds weer opduikende ‘nieuwe varianten van Wutbürger’. Die burgerwoede, die algemene wrok tegen de wereld verbaast hem hogelijk. Of toch weer niet: mensen zijn zozeer gewend aan voortdurende beschikbaarheid, dat ze niet meer kunnen verlangen naar het onbeschikbare, niet meer tot resonantie in staat zijn. Rosa gaat voorbij aan de oorspronkelijke betekenis van het neologisme Wutbürger, namelijk burgers die zich in toenemende mate verzetten tegen overheden die zich weinig van ze aantrekken.

Wie het naar believen kan laten sneeuwen, zal zich niet langer aangesproken voelen door sneeuwval. Misschien, waarschijnlijker is dat je het minder vaak zult laten sneeuwen. Wat doet Rosa trouwens veronderstellen dat moderne mensen op alle door hem opgesomde terreinen ‘ontspoord’ zijn, niet op velerlei wijzen manieren geraakt worden en resoneren? De vluchtigheid van een winterkoninkje of pimpelmeesje, een nieuwe dag, een dauwdruppel en de weerspiegelingen erin, een zucht van opluchting, de glimlach van een kind, een geliefde in je armen. Niet alles is te koop.

Zijn kritische maatschappijanalyse loont zeer de moeite, maar hij werkt zijn oplossing niet uit, maakt niet duidelijk hoe een op resonantie gebaseerde wereld eruit zou kunnen zien, kan functioneren.

Addertjes onder het gras

Rosa past zijn stelling toe op een aantal vaste momenten in eenieders levensloop.  Daarbij komen enkele merkwaardige standpunten aan het licht.

Onze omgang met liefde en intieme relaties vindt in zijn ogen geen genade omdat we ze blijvend beschikbaar proberen te maken door rituele en wettelijke ceremonies, zoals het huwelijk, die ‘de dood van de liefde’. Moderne oplossingen om aan een onvervulde kinderwens te voldoen (van ivf tot adoptie), tijdig controleren of embryo en foetus niet afwijken – Rosa betreurt de eliminatie van dergelijke onbeschikbaarheden. We moeten luisteren naar ‘wat het leven ons probeert te vertellen’, beseffen dat het krijgen van een kind je ‘zeker zal veranderen als persoon’ en misschien ‘op soortgelijke manier luisteren naar en reageren op een beperkt kind’. Eind 2023 lanceerde De Maakbare Mens een nieuwe website, een handleiding en vraagbaak voor mensen met een onvervulde kinderwens. Vroeger moest je mensen aan het verstand brengen hoe zwangerschap te mijden, nu hoe die te bevorderen.

Ook bevallen kan op meer onbeschikbare wijze. Thuis bijvoorbeeld. Al die goedbedoelde richtlijnen en maatregelen maken mensen alleen maar onzekerder en angstiger. Rosa zegt de verworvenheden van de geneeskunde te erkennen, maar vraagt zich onder meer af of kinderen moeten worden gevaccineerd.

De moderne houding tegenover ziekte, ouderdom en dood noemt hij – niet helemaal ten onrechte – agressief. Het lijkt wel één grote vechtpartij, in plaats van het ‘lot’ te accepteren, erop ‘te reageren in zijn levensgedrag’. Ook zelfdoding en euthanasie kunnen niet door de beugel. Het zijn moderne afwijzingen van ‘iets wat absoluut onbeschikbaar is voor het subject’, niet bepaald mag worden door wat technisch mogelijk is.

Ethisch gezien, stelt de socioloog, is het de vraag of we ‘onbeschikbaarheid niet als een van de belangrijkste momenten’ moeten aanvaarden. In plaats van ‘plannen, doen en berekenen’, luisteren en antwoorden.

Zijn boek zou een eerste poging zijn om na te denken over de fundamentele paradox van de moderniteit, het bedenken van een antwoord ‘op de vraag waar de grens ligt tussen het beschikbare en het onbeschikbare’ en ‘hoe onze samenleving met dat laatste omgaat of zou moeten omgaan’. Zijn antwoord zou een ‘nieuw licht kunnen werpen op zowel politieke kwesties als op onze persoonlijke problemen van alledag’, misschien ook kunnen helpen verklaren ‘waar al die wanhoop over een wereld die voor ons ongekend open en beschikbaar is’, vandaan komt. Die wordt volgens hem ‘niet veroorzaakt door wat ons nog ontzegd wordt, maar door wat we verloren hebben omdat we erover beschikken en erover heersen’.

Bij eerste lectuur van dit boek was ik zo enthousiast, dat ik me afvroeg of het niet te maken had met de bevestiging van mijn eigen mens- en wereldbeeld (confirmation bias). De niet-uitgewerkte oplossing van Rosa, resonantie, scherpte mijn zelfkritiek. Eigenlijk ligt zijn remedie besloten in zijn mens- en maatschappijkritiek. Het beschikbare onbeschikbaar maken, onze hebberige houding afzweren, ook al stelt hij nadrukkelijk dat we geen afstand mogen doen van de verworvenheden van wetenschap en technologie. Hoe schroef je die terug, of roepen we dat sowieso over onszelf af?

Ik was enthousiast omdat ook ik een intellectueel ben, vanuit een andere optiek naar de wereld leerde kijken. Denken, overdenken en bedenken waren door omstandigheden uitgegroeid tot mijn hoofdbezigheid, een beroep. Vanuit die geprivilegieerde positie leerde ik, zoals Rosa, waarnemen vanop zekere afstand, vanop grotere hoogte… uit de hoogte.

Maar de lectuur van Onbeschikbaarheid is een waar intellectueel festijn. Rosa denkt en schrijft helder, al zijn zijn meer filosofische dan sociologische overdenkingen allesbehalve makkelijke kost.

In godsdienst

Eind 2023 gooide uitgeverij Boom Democratie vraagt om religie op de boekenmarkt. Waarom uitgerekend aan deze lezing werd gedacht, terwijl Rosa zoveel voordrachten geeft, wordt niet duidelijk gemaakt. De oorspronkelijk Duitse versie, Democratie braucht Religion, ‘democratie heeft religie nodig’, verscheen bij Kösel-Verlag, een nogal op religieuze en spirituele onderwerpen toegespitst boekbedrijf. Rosa gaf deze lezing trouwens op een bisschoppelijke bijeenkomst.

In Onbeschikbaarheid stelde hij al dat het ‘geen toeval is dat het begrip oorspronkelijk uit een theologische context stamt’. God is principieel onbeschikbaar, maar als voldaan is aan bepaalde vereisten, zijn wederzijdse betrokken- en toegankelijkheid mogelijk. Het volstaat naar Zijn/Haar/Het woord te luisteren en door gebed gedaan te krijgen dat Hij/Zij/Het zich beschikbaar stelt.

Rosa vat in een veertigtal bladzijden zijn resonantie-stelling samen. Pas in de laatste tien pagina’s heeft hij het over godendiensten, meer bepaald christendom, vooral katholicisme. Voor hij daaraan toekomt, somt hij enkele functies van de Kerk op: scholen openhouden, niet toegeven aan vaccinatiedwang.

Of God bestaat en de Bijbel Haar/Zijn/Het woord is, het maakt Rosa niet uit. Het gaat hem om de mogelijkheid van resonantie, het niet alleen op de wereld zijn. Kerken beschikken over een arsenaal aan riten, tradities, gebaren, praktijken en open ruimtes waarin we ons kunnen laten aanspreken, bij iets kunnen stilstaan. De Bijbel bevat oneindig veel tot resonantie oproepende beelden. Het is één ‘groot document van schreeuwen, roepen en smeken om gehoord te worden, om weerklank te vinden in het aangezicht van een stille sterrenwereld’.

Er bestaat ‘een soort verticale belofte van resonantie’. De grondslag van ons bestaan blijkt geen vijandig of onverschillig universum te zijn, het is geen naakt toeval, neen, er bestaat een antwoordrelatie. De Kerk antwoordt niet alleen, ze doet een belofte: ‘er is Iemand die jou bedoeld heeft, die jou geroepen heeft, die je ook hoort, zelfs als Hij niet beschikbaar is in het hier-en-nu’. Zo vormt zich ‘een tastbare, fysiek zichtbare resonantie-as, ook in de gebedshouding’. Mensenwerk, projecties van menselijke (wan)hoop.

De Kerk kan dus een ‘verdomd belangrijke’ rol spelen als het zo noodzakelijke alternatief van in de wereld te zijn. Dat kan alleen zinvol door religieuze instellingen, tradities, praktijken, denkstructuren, overtuigingen en riten. Democratie, besluit Rosa zonder enig argument, kan alleen werken als we een luisterend hart hebben, anderen horen die ook willen antwoorden: resonantie dus.

Saai, vinden sommigen, ‘al tweeduizend jaar lang elk jaar hetzelfde’. Maar dat is, antwoordt Rosa, juist ‘het punt! Geen innovatie, geen toename, geen groei!’. Resonant wordt reactionair.

Democratie vraagt om religie is een in alle opzichten mager boekje, op maat van de bisschoppelijke gelegenheid. Maar Rosa is een fenomeen en krijgt heel wat weerklank.

 

Gie van den Berghe is ethicus en historicus, en was verbonden aan UGent. Belangrijkste werken: Met de dood voor ogen (1987), De mens voorbij (2008), Kijken zonder zien (2011). Recentste boek: Sieg heil! Van mythische groet tot verderfelijke ideologie (2020). Website: www.serendib.be.

 

Hartmut Rosa, Onbeschikbaarheid, Amsterdam, Boom, 2023 (2018), 155 blz., paperback, ISBN 9789024448265, € 24,90

Hartmut Rosa, Democratie vraagt om religie. Over een bijzondere resonantierelatie, Amsterdam, Boom, 2023 (2022), 76 blz., paperback, ISBN 9789024458288, € 14,90