Elianne Muller

Tenzij in een gelijkenis

Cirkelen rondom een verhoopte waarheid

In dit essay worden volgende vragen opgeworpen en binnenstebuiten gekeerd: hoe komt het dat we ons in de confrontatie met één en hetzelfde gedicht – in dit geval Anton Kortewegs ‘Goed, wij samen, toch’ – inwendig horen instemmen met ogenschijnlijk tegengestelde waarheden? Waar houdt ‘de’ waarheid zich dan op? Wie produceert haar, wie ‘gaat daarover’? Hoe komt de wisselwerking tussen kunstwerk en beschouwer tot stand? Het lijkt dan goed mogelijk, betoogt de schrijfster, dat de vijftiende-eeuwse wijsgeer en postmodernist avant la lettre, Nicolaus Cusanus, deze vragen al op een vruchtbare en inspirerende manier heeft doordacht.

verschenen: December 2004, blz. 1001

jaargang: 71/11