Erik De Smedt

Helmut Heissenbüttel

Sinds de jaren vijftig geldt H. Heissenbüttel als de vertegenwoordiger en pleitbezorger bij uitstek van de experimentele Duitse literatuur. Zowel in zijn theoretische geschriften als in zijn gedichten, verhalen en ‘sprookjes’ tast hij voortdurend de grenzen van het taalspel af: het onvermogen van de symbolen, de onmacht van de verbeelding, de beperkingen van het gefixeerde taalreservoir. Het on-zegbare gaat slechts dan niet verloren wanneer men er zich voor hoedt het uit te willen spreken.

verschenen: November 1979, blz. 128

jaargang: 47/02