Hoe de toenemende inkomensongelijkheid te beheersen die het gevolg is van nieuwe technologie

Spreiding, belasting en verbod

 

Het probleem. Nieuwe technologie is er, zoals alle technische vernieuwing sinds de Industriële Revolutie, in grote lijnen op gericht menselijke arbeid te vervangen door machines. In dit opzicht verschilt Kunstmatige Intelligentie niet van het zelfsturende muildier dat in de jaren 1820 werd ingevoerd in de katoenindustrie: zij vervangt menselijke arbeid, zij het op een hoger niveau van menselijk kunnen. (Dergelijke ontwikkelingen waren op veel manieren te verwachten, want er was historisch een onverbiddelijke stijging in het niveau van de vaardigheden in het werk dat werd vervangen door machines, begonnen met ongeschoolde en te herhalen taken verricht door slavenarbeid, en daarna steeds hoger.)

Vanuit het gezichtspunt van de inkomensverdeling is de kwestie dat het vervangen van arbeid door kapitaal ertoe leidt dat een groter deel van het nationaal inkomen toekomt aan het kapitaal. Vertaald in termen van mensen die feitelijk dergelijke inkomsten krijgen, betekent dit dat de ondernemers en uitvinders van nieuwe machines en de investeerders in dergelijke nieuwe techniek onevenredige winst behalen. Investeerders zijn per definitie mensen die kapitaal bezitten en behoren tot de toplagen van de inkomensverdeling. Zo betekent de groei van het aandeel van het kapitaal bijna noodzakelijk een toename in de algemene inkomensongelijkheid.

Dit roept natuurlijk de vraag op, welk beleid zou moeten worden gevoerd om deze toename in inkomensongelijkheid te stoppen of te matigen. Er zijn drie manieren waarop dit kan worden gedaan: het breder spreiden van het kapitaalbezit opdat de gevolgen van de groei van het aandeel van het kapitaal niet alleen aan de top worden gevoeld; de hoogste inkomsten uit kapitaal meer belasten dan nu; en het verbieden van sommige nieuwe financiële activiteiten die inkomsten genereren voor de deelnemers, maar ‘direct non-productief’ zijn.

Ik zal de drie keuzes nader beschouwen.

Spreid het bezit van kapitaal. Kapitaal is buitengewoon sterk geconcentreerd. De onderstaande grafiek laat zien dat, gemiddeld, 77% van de huishoudens met een hoger of gemiddeld inkomen geen of bijna geen (‘bijna geen’ is omschreven als $ 100 per persoon per jaar) inkomsten uit kapitaal hebben. Hierbij moet worden opgemerkt dat met kapitaal alleen geld wordt bedoeld, of productief kapitaal dat geld opbrengt voor de eigenaar. Dit is niet hetzelfde als de rijkdom van een huishouden dat ook een huis omvat dat in bezit en gebruik is, juwelen, schilderijen, meubels, enzovoort. De landen met de hoogte spreiding van inkomsten uit kapitaal, dat wil zeggen met het laagste gedeelte ‘geen of bijna geen inkomsten uit kapitaal’ zijn Noorwegen, Zuid-Korea en (opmerkelijk genoeg) China. Maar zelfs daar krijgt ongeveer de helft van de huishoudens geen inkomsten uit kapitaal. In de Verenigde Staten is dat bijna 60% en in andere ontwikkelde landen meer dan 70%.

Bron: berekend op grond van de gegevens van individuele huishoudens beschikbaar bij Luxembourg Income Study. De data verwijzen naar de meest recente onderzoeken, uitgevoerd tussen 2018 en 2023. Het gemiddelde van 77% is gewogen naar de bevolking.

De kwestie met betrekking tot Kunstmatige Intelligentie is, zoals boven vermeld, de volgende: als zo weinig mensen financieel en productief kapitaal hebben, zal het groeiende belang ervan eenvoudig toevloeien naar degenen die al kapitaal bezitten, degenen die al rijk zijn nog meer macht geven, en de ongelijkheid vergroten. (Dit hoeft niet het aantal huishoudens zonder inkomsten uit kapitaal te vergroten; om de ongelijkheid te vergroten volstaat het dat degenen aan de top nog rijker worden.)

Hoe kan het bezit van kapitaal worden gespreid? De kwestie is eerder aan de orde gesteld, met nauwelijks resultaat. Margaret Thatcher had het over ‘volkskapitalisme’. Het eindigde meestal als de privatisering van sociale woningbouw. Pakketten met aandelen voor medewerkers vormden in de Verenigde Staten een andere manier om het bezit te spreiden naar de arbeiders. Ook hier waren de resultaten beperkt, maar zoals Isabel Sawhill stelde was dit hoofdzakelijk omdat het geven van aandelen aan arbeiders niet fiscaal werd bevorderd; als bedrijven fiscaal voordeel zouden genieten wanneer zij arbeiders aandelen gaven, zou dit waarschijnlijk meer gebeuren. Feitelijk is er geen reden waarom topmannen wel worden betaald in aandelen van het bedrijf, maar arbeiders niet. In sommige landen werden privépensioenen gebruikt, niet alleen af te komen van mogelijk belastingtechnisch niet overeind te houden uitkeringssystemen, maar ook om inkomsten uit kapitaal te spreiden. In bovenstaande grafiek, bijvoorbeeld, zou het percentage ‘geen inkomsten uit kapitaal’ in het Verenigd Koninkrijk van 84 naar 79 dalen als inkomsten uit privépensioenen worden meegenomen. Al deze methodes zouden kunnen worden gebruikt met het duidelijke doel het bezit van kapitaal enigszins te spreiden onder meer mensen, en zo het matigen van de inkomensongelijkheid die vrijwel automatisch voortvloeit uit een grotere toepassing van nieuwe technologie, Kunstmatige Intelligentie inbegrepen.

Belast de hogere inkomsten uit kapitaal. Een andere, nogal vanzelfsprekende manier om de groeiende ongelijkheid door het bezit van kapitaal te beperken is het te belasten. Dit wordt vaak als de enige oplossing gezien, maar zoals ik in het bovenstaande impliciet stelde, zou belasting niet de enige, maar een van de oplossingen moeten zijn. Niet elk probleem kan door belastingen worden opgelost. Inkomsten uit kapitaal worden tegenwoordig in de Verenigde Staten, paradoxaal genoeg, lager belast dan even hoge inkomsten uit arbeid. Bijvoorbeeld, de marginale aanslagvoet op een inkomen uit werk lager dan $ 100 000 per jaar is 24%, tegen 15% uit kapitaal; voor inkomens boven de $ 400 000 is de kloof zelfs nog groter, 35 tegen 15%. Zie ook het voortreffelijke, binnenkort te verschijnen boek van Ray D. Madoff, The Second Estate: How the Tax Code Made an American Aristocracy. Hier is veel ruimte om de belastingen te verhogen.    

Een andere methode, in veel opzichten gelijk aan belastingheffingen, is dat de overheid uitdrukkelijk eigenaar is van technologie of innovaties waarin financiering door de overheid een belangrijke rol speelde – waar de overheid in feite de rol van particuliere investeerder speelde. Dergelijke bijdragen blijven vaak onopgemerkt. Mariana Mazzucato heeft het overtuigend vastgelegd in het geval van veel Amerikaanse bedrijven in Silicon Valley.[1] Hetzelfde gebeurt waarschijnlijk nu, en regeringen zouden niet terughoudend moeten zijn in het opeisen van hun recht op een deel van de inkomstenstroom. Het besluit van de Amerikaanse regering om een belangrijk aandeel in Intel te nemen kan in dit licht worden bezien. Een dergelijk uitdrukkelijk eigenaarschap van de overheid is nog meer gerechtvaardigd in landen als China, waar de directe en indirecte rol van de regering in het uitbouwen van de innovatie nog groter is.

Verbied sommige schadelijke technologie. Een laatste manier om te voorkomen dat sommige nieuwe technologie de inkomensongelijkheid verergert is eenvoudig het verbieden van sommige activiteiten met een speculatief karakter die direct ‘non-productief’ zijn. Dit is duidelijk de moeilijkste, en de meest radicale manier om met het probleem om te gaan, en zou met de grootste voorzichtigheid moeten worden gebruikt. Maar zij zou niet moeten worden uitgesloten. Wat in de economie een ‘non-productieve’ activiteit is, is vaak lastig vast te stellen. In theorie is elke activiteit gerechtvaardigd, en daarmee alle inkomsten uit die activiteiten die zijn gebaseerd op vrijwillige transacties tussen economisch handelenden. Maar in de praktijk zijn er beperkingen. De verkoop van drugs of wapens is in veel landen verboden, zelfs wanneer dit duidelijk kan worden gezien als een vrijwillige transactie tussen economisch handelenden. In de nieuwe technologie lijken er activiteiten te zijn (verbonden met cryptomunten, en met financiële speculatie in het algemeen) waarvan speculatie het enige doel is. Zij vergroten de hoeveelheid goederen en diensten niet, noch verbeteren zij de verdeling van middelen. Veel van dergelijke activiteiten lijken meer op loterijen: zij maken enkelen rijk, en velen armer. Zoals Adam Smith meer dan tweehonderdvijftig jaar geleden in een weinig opgemerkte passage stelde, hoe groter de loterij, hoe groter het aantal verliezers. De mogelijkheid iets te verbieden moet niet worden uitgesloten. Maar zij moet weloverwogen worden toegepast, en alleen in uiterste gevallen waar het bijvoorbeeld moeilijk is belastingen te heffen, of waar de activiteit dermate ‘verderfelijk’ is of vol met negatieve neveneffecten die een verbod rechtvaardigen.

Door deze drie dingen tegelijkertijd te doen, zij het in verschillende mate op verschillende tijden, kan de regering hopen de groei van inkomensongelijkheid binnen aanvaardbare perken te houden, zonder innovatie en de invoering van nieuwe technologie teniet te doen.

(Vertaling: Herman Simissen)

 

Branko Milanović (°1953) is een Servisch-Amerikaanse econoom, onder meer verbonden aan de City University of New York en de London School of Economics. Hij is vooral bekend door zijn werk over inkomensverdeling en ongelijkheid. De oorspronkelijke tekst verscheen op 29 september jl. op https://branko2f7.substack.com/p/how-to-control-increase-of-income, en wordt hier met toestemming van de auteur in Nederlandse vertaling gepubliceerd.

[1] https://glasp.ai/youtube/3r1IPsldbBg .

Oorlogsnarratief domineert in Westerse media
Hoe de toenemende inkomensongelijkheid te beheersen die het...
Trump: een neoliberale agenda najagen met directe middelen
De Trumpfluisteraar (III)
De Trumpfluisteraar (II)
De Trumpfluisteraar (I)
Waarom oorlog?
Interview met Andy Winnick
Nomonhan, 1939
Te veel of te weinig Ricardo?
Niets (zinvols) te zeggen
‘Het is mijn innerlijk kind’
Gaza, de eeuwige Achilleshiel
‘Nu zijn de dingen anders, we moeten niet...
De lokroep van het geweld
Grenzen verleggen
De afbraak van het vertegenwoordigende stelsel en de...
Het algemeen belang
Hoe de dominante stroming algemene economische principes losliet...
Syrische geostrategie voor en na het Assad-tijdperk: ...
Naar een Palestina zonder de Palestijnen?
Een nieuwe kijk op de Franse Revolutie
De ideologie van Donald J. Trump
Publieke moraal
De hedendaagse ‘cultuuroorlogen’ in de context van de...
Het einde van de grote orde onder de...
Project 2025 en christelijk nationalisme
Nog een grote omwenteling meemaken…
Zionisme en racisme
Ana van Es: De Bagdad Berlijn Express