The Young Pope: meer dan een studie in de ziel

‘Beautiful and ridiculous,’ zo typeerde de New York Times Paolo Sorrentino’s meesterproduktie The Young Pope.[1] Cinematografisch ís The Young Pope een verrukking. In tien afleveringen biedt Sorrentino een schitterend spel van beeld en kleur, van compositie en beweging. De manier waarop Sorrentino elementen uit het profane leven de binnenwereld van het Vaticaan laat binnensluipen, roept een soms surrealistische sfeer op, bij tijden grotesk en lachwekkend. De betekenis van The Young Pope, die zeker geen parodie of satire is op de kerk of het christelijk geloof, laat zich daartoe echter niet beperken. Sorrentino zelf sprak van een ‘thriller of the soul’. Inderdaad, het zielenleven van de hoofdpersoon, die geplaagd wordt door ‘mommy and daddy’-issues,[2] is een wezenlijk deel van de verhaallijn. Ook daarmee blijft echter een cruciale dimensie van de serie onbenoemd: het politieke.

Een verrassende pauskeuze

In de openingsscene kruipt de hoofdpersoon onder een berg van baby’s vandaan om als paus tevoorschijn te komen. Kort daarna spreekt hij de menigte op het Sint Pietersplein toe. Zijn woorden zetten de wereld op zijn kop. Hete kerkelijke dogma’s worden overboord gegooid. De nietsvermoedende kijker lijkt in een oppervlakkige klucht te zijn terechtgekomen. Ook de aanvankelijk hoopvolle blikken op het Sint Pietersplein slaan om in teleurstelling en wanhoop. Gelukkig: de scene is een droom van Lenny Belardo, de nieuw gekozen paus, die met de veelbetekenende naam Pius XIII door het leven zal gaan. Gerust stelt dat niet. Al snel blijkt de atletisch gebouwde, intelligente en zich gracieus voortbewegende kerkvorst niet alleen uiterst conservatief, reactionair zelfs, maar ook soeverein en ondoorgrondelijk in zijn besluiten. De Vaticaanse curie vreest het ergste.

De eerste die de ernst van de situatie inziet, is de belangrijkste tegenspeler van de paus, kardinaal-staatssecretaris Angelo Voiello. Deze doorgewinterde bestuurder is de invloedrijke man op de achtergrond, de schaduwpaus, die de kerkpolitieke touwtjes in handen heeft, de wereldkerk tot in haar haarvaten kent en een feilloos gevoel heeft voor de media en de publieke opinie. Voiello heeft een machtsbasis binnen de curie: hij kent ieders geheimen en ambities. Voiello heeft een beslissende invloed gehad op de pauskeuze: de Amerikaan, een jonge buitenstaander die de Vaticaanse mores niet kent en opgegroeid is in een weeshuis, had gemakkelijk kneedbaar moeten zijn. Voiello en de jonge, elegante, eigengereide, wispelturige paus botsen op alle fronten. Het enige dat zij gemeenschappelijk hebben, is hun ijdelheid. De jeugdige leeftijd van Pius XIII vergroot de dreiging die van hem uitgaat: uiteindelijk zal hij de zittende leden van de curie overleven. Diplomaat en politicus Voiello moet een manier vinden om met de nieuwe situatie om te gaan. Lukt dat?

Het verhaal

De toekomst op het spel

Voiello wordt al snel geconfronteerd met de ongenaakbaarheid van Pius XIII. Zo speelt Pius XIII met het moment van zijn eerste optreden op het Sint Pietersplein. Wanneer hij uiteindelijk verschijnt, weigert hij zijn gelaat werkelijk te onthullen. Zo wil hij het mysterie cultiveren rond zijn ambt en de persoon die dit bekleedt. Om dezelfde redenen staat hij niet toe dat zijn beeltenis als handelswaar verschijnt op allerlei souvenirs, ongeacht de financiële gevolgen. Voiello vreest voor het draagvlak van de kerk nu de nieuwe paus de afstand tot de gelovigen vergroot. Tot Voiello’s onbegrip houdt Pius XIII verder de kardinalen voor onbepaalde tijd ‘vast’ in Rome door het moment van zijn toespraak tot hen in het ongewisse te laten. De lijnen die hij uiteindelijk daarin uitzet, liegen er niet om: Pius XIII is zelf roomser dan de paus. De orthodoxie die hij predikt, gaat ook de kardinalen te ver. Als bekleder van het hoogste kerkelijke ambt ziet Pius XIII zichzelf echter volstrekt autonoom in de uitoefening daarvan.

Voiello, die zijn menselijke kant laat zien in zijn trouwe zorgzaamheid voor een zwaar gehandicapte jongen, die hij zonder problemen in vertrouwen kan nemen, is een goede leerling van Machiavelli. Pius XIII doet daarin voor hem niet onder. Hij houdt de Italiaanse premier lang aan het lijntje voor een audiëntie. Via een onverbloemd machtsspel krijgt hij de premier zover politiek onmogelijke concessies te doen ten behoeve van de kerk. Genadeloos verbant Pius XIII een kardinaal die hem niet zint naar het verre Alaska en hij wakkert de verbittering aan van zijn leermeester Michael Spencer, een kardinaal die het pausschap met de benoeming van zijn pupil aan zijn eigen neus voorbij zag gaan. Zijn enige jeugdvriend, kardinaal Andrew Dussolier, geeft hij de opdracht om toe te zien op de selectie van priesterkandidaten volgens de nieuwe pauselijke eisen. Door gehoorzaamheid aan de paus en loyaliteit aan zijn beste vriend boven zijn eigen geweten te stellen, drijft Andrew Dussolier zichzelf tot wanhoop.

Meteen na zijn aantreden ondermijnt Pius XIII rechtstreeks de positie van Voiello door de sympathieke Sister Mary, die in het weeshuis een moederfiguur was voor hem en Andrew Dussolier, te benoemen als persoonlijk secretaris, vertrouweling en rechterhand. Zijn eigen biechtvader Tomasso zet hij onder druk om geheimen te verklappen. Na diens aanvankelijke weigering – ‘het biechtgeheim is het enig respectabele dat ik als eenvoudige pastoor heb’ – gaat ook hij door de knieën. Intussen houden Voiello en zijn getrouwen, die met hun gelaatstrekken zo uit middeleeuwse schilderijen lijken te zijn gestapt, de paus goed in de gaten, op zoek naar chantabel materiaal. De enigen die Pius XIII vertrouwt en die zijn ziel doorgronden zijn Sister Mary, die zich niet in de haar toebedeelde rol laat vangen, en Andrew Dussolier. De laatste trekt zich uiteindelijk gebroken terug uit het Vaticaan.

De weigering zijn aangezicht te tonen, maakt pausbezoeken haast een onmogelijkheid voor Pius XIII. Uiteindelijk bewilligt hij in een bezoek aan een Afrikaans missieproject. Hij ontdekt dat Sister Antonia, die de leiding ervan heeft, een frauduleuze manipulator is. Het intense gebed van Pius XIII op de terugweg naar huis heeft effect: Sister Antonia valt even later dood neer. De kracht van Pius’ gebed kan ook tot leven wekken: zijn gebed als kind voor de moeder van leeftijdgenootje Billy, de doodzieke vrouw van de opzichter van het weeshuis, had een wonderbaarlijke werking. Ook zijn gebed voor het moederschap van Esther, de vrouw van een lid van de Zwitserse garde die de kinderen van de Vaticaanse leken onder haar hoede had en met wie Pius XIII een persoonlijke band opbouwde, kreeg de gewenste uitwerking. Lenny Belardo raakt later diep vertederd door de kleine Pius (‘Pius XIV’).

De presentie van het verleden

Het is niet verwonderlijk dat Lenny’s intense gebeden de leidster van een missie betreffen, het leven van een moeder en de geboorte van een kind. Lenny is nog altijd niet in het reine gekomen met het feit dat zijn hippie ouders hem bij het weeshuis hebben achtergelaten om hun eigen vrije leven te kunnen leiden en zich uit de voeten hebben gemaakt zonder zelfs maar achterom te kijken. Hij wordt gekweld door geromantiseerde herinneringen aan zijn vroegste levensjaren en de beklemmende vraag hoe iemand een kind kan achterlaten. De eenzaamheid en de leegte die zij hebben veroorzaakt, heeft hij niet kunnen overwinnen. In Rome denkt hij dichter in de buurt te zijn van zijn ouders, die hij in Venetië waant. Nog altijd wordt hij gedreven door de zucht om hen te vinden en de hunkering om hun erkenning en waardering te krijgen. Het geloof en de Kerk hebben de leegte die zij achterlieten niet weten te vullen en hebben hem het heil niet kunnen bieden. Zijn status als plaatsvervanger van Christus op aarde kan dat evenmin. Uitspraken van kerkvader Augustinus worden meermaals aangehaald, maar daaronder is niet diens citaat: ‘Onrustig is mijn hart totdat het zijn rust vindt in U’.

Niet alleen in zijn gebeden komen het rechtvaardigheidsgevoel en de medemenselijkheid van Pius XIII tot uitdrukking. Ten langen leste maakt hij werk van de aanpak van een heikele kwestie. Hij stuurt de onhandige en bangige Father Guiterrez, die zich buiten de muren van het Vaticaan verloren voelt, naar New York om de machtige kardinaal Kurtweil, die van misbruik beschuldigd wordt, ten val te brengen. Het onwaarschijnlijke gebeurt: Guiterrez slaagt in zijn missie. Als verklaring voor zijn wangedrag probeert Kurtweil zich voor Pius XIII achter zijn eigen getroebleerde verleden te verschuilen. De verbanning die Kurtweil ten deel valt, laat zien dat dit een keerpunt is voor Pius XIII. Hij lijkt zich van zijn obsessie met zijn eigen verleden losgemaakt te hebben en te accepteren dat zijn ouders hem in de steek hebben gelaten.

Net als hij zover is, oppert Voiello die de zwakke plek van Pius XIII inmiddels ontdekt heeft, dat het misschien te veel gevraagd is voor zijn ouders om met hem contact te zoeken in Rome – hun opvattingen staan immers haaks op de zijne. Hij verleidt Pius XIII tot een openbaar optreden in Venetië. Zo heeft de geslepen Voiello een toespraak tot de gelovigen en heeft Lenny Belardo kans op zielenrust. De toespraak is opvallend mild. Eigenlijk is zij over de hoofden van de menigte tot zijn ouders gericht. Wanneer hij na zijn slotwoorden vanaf zijn balkon met een toneelkijker de menigte afspeurt, ziet hij zijn hippie ouders. Wanneer zij beseffen dat zij herkend zijn, verwijderen zij zich uit de menigte en lopen weg. Hoe gaat Lenny Belardo daarop reageren?

Het persoonlijke

Lenny Belardo wordt achtervolgd door het trauma uit zijn verleden. Dat is duidelijk. Dat trauma werkt door in zijn roeping. In zijn droom als pas gekozen paus houdt hij de gelovigen voor: ‘God laat niemand achter. God zei dat tegen mij toen ik besloot Hem te dienen. Dat zeg ik nu tegen jullie. De Kerk heeft jullie vergeten. Ik ben hier met een reden. Ik laat niemand achter.’ De ode aan de vrijheid die hij de gelovigen in zijn droom bracht, symboliseert de levenskijk van zijn vrijgevochten ouders – een levenskijk die voor hem uitpakte als een nachtmerrie. Zijn eigen steile orthodoxie is zo gezien een daad van verzet. Peinzend voor een piëta in de catacomben van het Vaticaan vraagt hij Father Gutierrez naar diens moeder en verzucht na diens veelzeggende reactie: ‘Alles komt neer op de moeder’.

Ook al ontwikkelt Lenny Belardo relaties die niet louter zakelijk en formeel zijn en heeft hij voordat hij tot het seminarie toetrad ooit eens romantische gevoelens gekoesterd, hij houdt afstand. Formele betrekkingen zijn helder. ‘Zij hebben rituelen. Zij zijn van eeuwige duur. Zij houden de orde van de wereld in stand.’ Vriendschappelijkheid daarentegen brengt ellende en smart.

Sister Mary, zijn vervangende moederfiguur, is de enige die Lenny Belardo de waarheid kan zeggen. Dat doet zij meteen bij aankomst in het Vaticaan. Zij houdt Lenny voor dat het tijd is om over zijn verleden heen te stappen. Nu moet hij de Kerk leiden, waarin een miljard mensen diepgaande beslissingen neemt over hun eigen leven om hem te gehoorzamen, in naam van God. Het eerste blijkt vergeefs. Het tweede neemt Lenny met verve ter hand.

Het publieke

Sorrentino speelt met de parallellie tussen Gods almacht en de macht van Lenny Belardo, die als Pius XIII geldt als de belichaming van Christus op aarde. De weigering van Pius XIII om zijn volle gelaat te tonen en toenadering tot de gelovigen te zoeken, heeft een parallel in Pius XIII zijn eigen verzuchtingen over de verborgenheid van God. De wonderbaarlijke verhoren van zijn intense gebeden, lijken welhaast wonderen die hij zélf verricht. Lenny Belardo ziet zichzelf als een wezen vol tegenstrijdigheid, ‘net als God’. Ook in het zelfinzicht dat hij in zijn biecht verwoordt, dat zijn enige zonde is dat ‘zijn geweten hem van niets beticht’, plaatst hij zich buiten de categorie van de gewone stervelingen. De analogie met God roept hij ook doelbewust op in een gesprek met zijn huismeester Domen, ‘hij die God toebehoort’: wat God toebehoort, behoort hem toe, zo houdt hij Domen voor. Lenny ziet zichzelf als middelpunt van de Kerk. Is Lenny de Kerk? Hij ziet zijn pauselijke macht in elk geval als een bezit waarover hij de volstrekte beschikking heeft. De Heilige Geest zelf heeft Lenny immers tot paus gekozen – al ziet een deel van de curie hier Voiello als de Heilige Geest.

Pius XIII zijn enigmatische leiderschap van de Kerk roept weerstand op. Het antagonisme creëert ruimte om universele vragen van existentie en moraliteit en het spanningsveld tussen de leer en het leven aan te snijden. Suggereert het gegeven dat Pius XIII de jonge paus is misschien meer in het algemeen dat een jongere generatie rechtzinniger is dan de oude, meer liberale garde? Wat zeggen de tegenstellingen over de aard van goedheid en liefde en de betekenis van waarheid en trouw? Is het grote liefdesgebod voor God en de naaste te hanteren of is er in een mensenleven uiteindelijk slechts plaats voor de een of de ander? Is Pius XIII in zijn stijl van besturen vooral uit op het vergroten van zijn eigen machtspositie of heeft hij gelijk met zijn bewering dat streven om als leider geliefd te worden en publiekelijk goed te doen, neerkomt op zelfverheerlijking en exhibitionisme? Wat de antwoorden ook zijn, Pius XIII wordt in de uitoefening van zijn functie gedreven door zijn eigen getergde zielenleven. Daarmee zijn het persoonlijke en publieke intrinsiek met elkaar vervlochten.

De vervlechting van het persoonlijke en het publieke

In de vervlechting van het persoonlijke en het publieke verkent Sorrentino de grenzen van macht en de verhouding van de persoon tot het instituut. De pauselijke macht ontleent haar legitimatie aan God en de goddelijke wil. Daarmee heeft de macht een transcendente kwaliteit en straalt de goddelijke majesteit op de drager daarvan af. Wat te doen als de drager ervan door zijn persoonlijke obsessie misschien niet geschikt is? Wat als hij het instituut dat hij moet leiden schade lijkt te berokkenen, zijn ‘onderdanen’, de gelovigen, niet biedt wat zij van de Kerk verwachten of mogen verwachten, en er veel betere kandidaten voor het hoogste kerkelijke ambt lijken te zijn?

Hiermee raken wij aan een fundamenteel dilemma. Dit dilemma is ook – en zelfs bij uitstek – bekend in een wereldlijke context. Lees voor kerk alleen maar ‘staat’ en voor gelovigen alleen maar ‘onderdanen’ of ‘burgers’. Voor het thematiseren van deze vragen stonden en staan dan ook veelal wereldlijke heersers model.

Volgens de klassieke politieke filosofie van de divine right of kings was de macht van wereldlijke heersers van goddelijke oorsprong. Net als de pauselijke macht was de koninklijke macht niet onbegrensd: niet alleen haar legitimatie, maar ook haar beperking ontleende zij aan God en de goddelijke wil. Verantwoording waren koningen alleen verschuldigd aan de bron van hun gezag. Net als voor de paus was hun functie voor het leven. Tegelijkertijd kenden ook zij menselijke zwakheden. Zie hier de dramatiek van Richard II.

The Young Pope spiegelt niet alleen het verleden. In de politieke werkelijkheid van alledag kan de tucht van de democratische rechtsstaat en van interne partijdemocratie soms traag en ineffectief lijken en niet overal ter wereld zijn politieke gezagsdragers daaraan onderworpen. Toch is die tucht voor de moderne westerse mens het ijkpunt voor legitieme machtsuitoefening. Geen instituut op aarde symboliseert vandaag de dag absolute macht zo sterk als dat van het pausdom. De paus als hoofd van de wereldkerk is zo perfect gesitueerd voor een moderne studie in macht en de grenzen ervan. Daarmee staan geschetste vragen op scherp.

The Young Pope is daarmee niet zomaar oppervlakkig ‘beautiful and ridiculous’ en de diepere snaar die zij raakt, is meer dan alleen een studie in de ziel. Met de vervlechting van het persoonlijke en het publieke, en met de verrassende verkenning van de mogelijkheden én grenzen van macht is The Young Pope een koningsdrama van Shakespeareaanse statuur.

 

Reageren? Mail naar: Sophie.vanBijsterveld@ru.nl

 

Sophie van Bijsterveld is hoogleraar Religie, recht en samenleving aan de Radboud Universiteit.

 

The Young Pope is een televisieserie die in 2016 in première ging, en inmiddels op DVD verkrijgbaar is.

 

[1] https://www.nytimes.com/2017/01/12/arts/television/review-the-young-pope-is-beautiful-and-ridiculous.html.

[2] https://www.citizen.co.za/rekord/news-headlines/2017/06/08/jude-laws-young-pope-thriller-soul-watching-winter/; https://www.theguardian.com/tv-and-radio/2016/dec/16/the-young-pope-review-stunning-thoughtful-and-visually-arresting.

The Young Pope: meer dan een studie in...
De ambivalente ruwheid van Léon Morin, prêtre
Vergeten nog voor het ooit bestond: Reflections in...
De Laatste Generatie of de Eliminerende Massa: daar...
Dune – een film die aanmoedigt om verder...
Zo interessant is The zone of interest niet
Netflix Messiah: een verrassende thriller
Een hutspot van twijfelachtige kwaliteit: Poor things van...
Napoleon – het Waterloo van Ridley Scott
Het zien maar niet kunnen helpen van de...
Even fabelachtig als onbegrijpelijk: The boy and the...
Patricia Highsmith en haar kinderen
Caruso en de boot die de berg beklom:...
Beef: een antropologische schets van de strijdende mens
Oppenheimer: Nolan op z’n meest menselijk en cerebraal
Satire in tijden van oppervlakkigheid: Triangle of Sadness...
De zwanenzang van Sergio Leone: Once Upon a...
De Sight and Sound-poll: de lotgevallen van een...
The life and death of colonel Blimp: het...
Het gelaat van de Ander: Tori et Lokita...
documenta15: de roep om censuur
Vechten tegen de branding
Yazujiro Ozu: Early Spring
Hamlet en Amleth is twee: The Northman van...
Tijdloos en verdwenen: Nashville van Robert Altman
The tragedy of Macbeth: de ongrijpbaarheid van Shakespeare
Annette: een twijfelachtige combinatie van zelfspot en oprechtheid
The French Dispatch: meer Anderson dan Anderson
De film Shadowlands van Richard Attenborough
Schaduwen op een grotwand. Plato in de bioscoop